Weten hoe ICT bijdraagt aan betekenisvol onderwijs?
Onderwijs heeft tot doel dat leerlingen en studenten leren samenleven in een kennismaatschappij die nu gekenmerkt wordt door diversiteit. Een complexe maatschappij, die diepgaand beïnvloed wordt door ICT-ontwikkelingen. Dat vraagt veel van leraren. Zij creëren – samen met anderen – een omgeving waarin alle leerlingen en alle studenten zich kunnen ontwikkelen tot goed geïnformeerde, autonome, sociaal verantwoordelijke deelnemers aan de samenleving. Binnen het Windesheimlectoraat Onderwijsinnovatie en ICT verbinden we onderwijsvernieuwing met relevante technologieën.
Wat onderzoeken wij in de praktijk?
Multidisciplinair, laagdrempelig en het liefst samen met de regio. Het is onze opdracht om praktijkgericht onderzoek dichterbij al onze partners en stakeholders te brengen — of dat nu studenten, bedrijven of professionals zijn. Van research, innovatie tot het oplossen van (maatschappelijke) vraagstukken: wij hebben veel ervaring met het formuleren, opzetten en uitvoeren van praktijkgericht onderzoek én een batterij aan kennis in huis. Hiervoor leunen wij op knowhow van lectoren, promovendi, docenten en studenten en vormen zo één community en (ook jouw) partner voor kennisontwikkeling en kenniscirculatie — zowel in de regio als op nationaal en internationaal niveau. Wil je meer weten over een project? Wij vertellen je er graag meer over en delen onze kennis met je.
-
Onze projecten rondom
Pedagogisch-didactisch redeneren
-
Onze projecten rondom
Flexibilisering van het onderwijs
-
Onze projecten rondom
Digitale geletterdheid en e-didactiek
-
Onze projecten rondom
Complexe vraagstukken diversiteit
-
-
Meer over dit onderzoeksthema
Het onderzoeksthema Pedagogisch en didactisch redeneren over duurzaam, inclusief en betekenisvol leren richt zich op het zichtbaar maken van pedagogisch-didactische redeneringen van leraren. Pedagogisch en didactisch redeneren gaat over het hoe en waarom van het pedagogisch en didactisch handelen van leraren, vanuit het perspectief van duurzame betekenisvolle en inclusieve ontwikkelings- en leerprocessen. Waarom doe ik wat ik doe? Zowel praktijkkennis van individuele leraren, teams en netwerken, als wetenschappelijke kennis vormen de basis voor dit redeneren.
Betekenisvol, duurzaam en inclusief
Leren is betekenisvol als de leerling of student het leren als relevant ervaart om zijn langetermijndoelen te bereiken. Relevantie kan pas ontstaan als het leren ook duurzaam is: als rijke mentale netwerken ontstaan op basis waarvan transfer kan plaatsvinden naar situaties buiten de school. Inclusief handelen omvat het beredeneerd toepassen van didactieken die gelijke kansen scheppen voor alle leerlingen of studenten.
Innovaties integreren en versterken
Onderwijsinnovaties – al dan niet met ICT – verschillen sterk in de mate waarin zij kunnen bijdragen aan betekenisvol, duurzaam en inclusief leren. Het vergt veel denkkracht van leraren om innovaties op een goede manier te integreren in het onderwijs. Het is belangrijk dat de lerarenopleidingen studenten hierop voorbereiden. En dat leraren ook zelf vanuit pedagogisch-didactische redeneringen innovaties versterken.
-
Computational thinking
In dit onderzoek worden door twee docentontwerpteams voorbeeldmatige lesmaterialen Computational Thinking ontwikkeld die aantrekkelijk, betekenisvol, relevant en bruikbaar zijn voor alle doelgroepen en alle profielen in het vmbo.
- Status: lopend
- Soort onderzoek: ontwerponderzoek
- Context: vmbo
- Omvang: 2 jaar
- Onderzoekers: Diane van der Linde, Herma Jonker, Ferry Boschman
- Samenwerking: TechYourFuture
-
Leertheorieën en -principes in dagelijkse praktijk docenten
Dit onderzoek gaat over de rol van leertheorieën en -principes binnen de dagelijkse praktijk van docenten, om zichtbaar te maken in hoeverre de dagelijkse didactische keuzes die docenten maken, al dan niet impliciet worden gestuurd door hun kennis over leren. Leertheorieën zijn een vast onderdeel van elke lerarenopleiding en de vraag is in hoeverre die leiden tot het maken van meer onderbouwde didactische keuzes, bij zowel beginnende als bij meer ervaren docenten.
Doel van het onderzoek
Het doel van dit onderzoek is om via verschillende metingen inzicht te krijgen in de impliciete overtuigingen die docenten met zich meedragen, en hoe die een rol spelen in het ontwerpen van lessen. Er zal landelijk kwantitatief worden gemeten, en bij een geselecteerde onderzoeksgroep zal in trainingssessies worden onderzocht welke keuzes docenten maken.
Bijdrage aan de praktijk
Het 5-jarige onderzoek beoogt een bijdrage te leveren aan de praktijk van het opleiden van leraren. Daarom wordt in een voorstudie geïnventariseerd wat lerarenopleidingen in Nederland, eerste- en tweedegraads, aan leertheorieën aanbieden en wat de visie is op de rol ervan. De resultaten worden aan die opleidingen gepresenteerd en uitgewerkt in een advies.
- Status: lopend
- Soort onderzoek: promotieonderzoek
- Context: Lerarenopleidingen
- Omvang: 5 jaar
- Onderzoeker: Erik Meij
- Samenwerking: begeleidingsteam: prof. dr. Martijn Meeter (VU Amsterdan), dr. Anneke Smits (Windesheim)
-
Technologie-integratie door toekomstige taaldocenten
De studie Technologie-integratie door toekomstige taaldocenten: overtuigingen en didactisch redeneren is een vervolg op onderzoek waarin multimediale opdrachten geïntegreerd werden in een literatuurmodule voor derdejaarsstudenten Engels. In deze module modelleerden de docenten het vakdidactisch redeneren rondom de multimediale opdrachten. Met deze studie willen we tot een dieper inzicht komen in het technologisch-pedagogisch denken en handelen van de studenten die deelnamen aan de module (TPR&A, Harris & Phillips, 2018).
Bevorderende en belemmerende factoren
In dit kwalitatieve onderzoek vindt dataverzameling plaats via semigestructureerde interviews met deelnemers aan het eind van de module. In de interviews werd het didactisch redeneren en handelen van de studenten met betrekking tot technologie-integratie gepeild. Studenten laten tot nu toe verschillende niveaus van technologisch-didactisch redeneren en handelen zien. En er blijken ook een aantal bevorderende en belemmerende factoren voor TPR&A gerelateerd aan (onbewuste) overtuigingen over onderwijs die niet specifiek te maken hebben met technologie-integratie.
Publicaties
- Smits, A., la Roi, H., Bruijn, R., & Voogt, J. (2017). Mapping prospective language teachers’ TPACK. Paper presented at EAPRIL 2017, Hämeenlinnaa, FI, 28 November-1 December.
- Smits, A., la Roi, H., & Bruijn, R. (2018). Prospective language teachers’ pedagogical reasoning about technology use. Paper presented at SITE 2018, Washington D.C., 27-30 March 2018.
- Smits, A., la Roi, H., Bruijn, R., & Voogt, J. (2019). Prospective teachers’ technological pedagogical reasoning and action. Paper presented at SITE 2019, Las Vegas, USA 18-22 maart 2019.
Het onderzoek vond plaats in de context van de Lerarenopleiding Engels van Windesheim.
- Status: lopend
- Soort onderzoek: interviewstudie binnen Windesheim
- Omvang: 4 jaar
- Onderzoekers: Anneke Smits, Henk la Roi, Roland Bruijn, Joke Voogt
-
Technologie-integratie werkende leraren in masteropleiding
Technologie-integratie door werkende leraren in een masteropleiding: hun didactisch redeneren en handelen betrof de ontwikkeling van e-didactiek van werkende leraren in de mastermodule Leren met ICT. Deze module stelt technologisch-didactisch redeneren en handelen centraal met als doel om tot duurzame leer- en ontwikkelingsprocessen te komen.
Van onbewust naar bewuste technologie-integratie
De resultaten zijn gemeten via een mixed methods-design. Na de module toonden alle studenten bevredigende TPACK-scores. De meeste studenten (83%) ontwierpen lessen die een goede kwaliteit van technologie-integratie lieten zien. In 75% van al de lessen werd er een rijk scala aan technologische middelen gebruikt. Noch de kwaliteit van de technologie-integratie, noch het aantal gebruikte technologieën bleek gerelateerd aan de TPACK-scores van de studenten. Studenten meldden een ontwikkeling van onbewuste technologie-integratie naar bewuste technologie-integratie.
Publicaties
- Smits, A., Voogt, J.M., & van Velze, E.M. (2018). The development of technology integration in a graduate course for practicing teachers. In M.L. Nies, C. Angeli and H. Gillow-Wiles (Eds.), Developing Teachers’ Technological Pedagogical Content Knowledge (TPACK) in the Digital Age. Hershey, PA: IGI Global.
- Smits, A., & van Velze, E.M. (2018). TPACK development in a graduate course for practicing teachers. Paper presented at SITE 2018, Washington D.C., 27-30 March 2018.
- Smits, A., Bruijn, R., & van Velze, L. (2017). Leren redeneren over essentieel ICT gebruik in de klas. Paper gepresenteerd op de VELON conferentie, Amsterdam, 17 februari 2017.
- Smits, A., Bruijn, R., la Roi, H., van Renssen, F., Vellekoop, H., & van Velze, L. (2017). Teaching (future) teachers essential technology use. Paper presented at SITE 2017, Austin, TX, 6-9 March 2017.
Het onderzoek vond plaats in de context van de master Educational Needs van Windesheim.
- Status: afgerond
- Soort onderzoek: case study
- Omvang: 2 jaar
- Onderzoekers: Anneke Smits, Lieke van Velze, Joke Voogt
- Samenwerking: Roland Bruijn en Henk la Roi
-
Meer over dit onderzoeksthema
-
-
Meer over dit onderzoeksthema
Hogeschool Windesheim heeft de missie om hoger onderwijs mogelijk te maken voor iedereen die daar talent voor heeft. Hierdoor neemt de diversiteit binnen onze studentenpopulatie toe. Dat vraagt van hoger onderwijs, maar ook van andere onderwijsvormen, dat we aansluiten bij een diversiteit aan onderwijsbehoeften. Maar ook dat intermenselijke behoeften, didactische uitgangspunten én de duurzaamheid van leerprocessen niet uit het oog worden verloren. Ons lectoraat richt zich op het begeleiden van interventies om flexibel onderwijs te ontwikkelen door ontwerpgericht onderzoek. Daarbij hebben we expliciet aandacht voor de cruciale rollen van docenten en medeleerlingen/studenten.
Flexibele curricula
Door de toenemende diversiteit ontstaat behoefte aan flexibele curricula. Een flexibel curriculum biedt de mogelijkheid onafhankelijk van tijd en plaats te leren, waarbij de leerling/student desgewenst ook persoonlijke sturing heeft op de inhoud en organisatie van het curriculum. Bij het realiseren van flexibele curricula speelt ICT een essentiële rol door bijvoorbeeld het incorporeren van vormen van blended learning, digitaal toetsen en afstandsleren.
Intermenselijk en sociaal proces
Toch is een persoonlijk, flexibel curriculum geen zelfstudieprogramma dat je achter de computer uitvoert. Hoewel vaak wordt gesuggereerd dat het 21e-eeuwse leren verschilt van het leren in de tijd daarvoor, is het menselijke leerproces in de 21e eeuw niet veranderd. Nog altijd is leren een intermenselijk, sociaal en persoonlijk proces, waarvan we inmiddels meer weten dan ooit in de historie. Juist in de 21e eeuw, nu het ‘lopendebandmodel’ toch grotendeels verlaten is, zijn intermenselijke en sociale processen weer van groot belang in leer- en werksituaties.
-
Flexibele Ad-trajecten
In dit onderzoek worden kenmerken van flexibele curricula gekoppeld aan studiesucces van specifieke groepen studenten. Het onderzoek richt zich op studenten van flexibele Ad-trajecten binnen Windesheim.
Abstract
- Status: lopend
- Soort onderzoek: mixed methods
- Context: verschillende domeinen van Windesheim
- Omvang: 2 jaar
- Onderzoekers: Greet van der Kaap, Ferry Boschman, Herma Jonker
-
Flexibele curricula in deeltijdopleidingen
In dit onderzoeksproject worden kenmerken van flexibele curricula gekoppeld aan studiesucces van specifieke groepen leerlingen/studenten. Het onderzoek focust op flexibele deeltijdopleidingen.
Abstract
- Status: lopend
- Soort onderzoek: mixed methods (post-doc)
- Context: hogeschool Windesheim
- Omvang: 2 jaar
- Onderzoeker: Herma Jonker
- Samenwerking: NRO
-
Herontwerp master Learning & Innovation
Dit onderzoek bestond uit een literatuurverkenning, de ontwikkeling van ontwerprichtlijnen, en het ontwerp van een kijkkader in het kader van het herontwerp van de master Learning & Innovation.
Publicaties
- Jonker, H. M. (2017). Kenmerken van effectieve curricula in het hoger onderwijs: Een literatuurverkenning ten behoeve van ontwerprichtlijnen voor de Master Learning & Innovation. [intern document] Zwolle: Windesheim.
- Jonker, H. M. (2018). Herontwerp van het curriculum van de Master Learning & Innovation: Ontwerprichtlijnen. [intern document] Zwolle: Windesheim.
- Jonker, H. M. (2019). Kijkkader voor het onderwijsprogramma van de Master Learning & Innovation. [intern document] Zwolle: Windesheim.
Het onderzoek vond plaats in de context van de master Learning & Innovation van Windesheim.
- Status: afgerond
- Soort onderzoek: mixed methods (post-doc)
- Omvang: 1 jaar
- Onderzoeker: Herma Jonker
-
Teachers’ perceptions in a blended curriculum
De studie Teachers’ perceptions of the collaborative design and implementation of flexibility in a blended curriculum ging over het ontwerp en de implementatie van een blended curriculum, als mogelijke vorm van een flexibel curriculum, vanuit de ervaringen van de docenten op een van onze lerarenopleidingen. Het onderzoek resulteerde in een flexibiliteitsmatrix, waarin flexibiliteit wordt bekeken vanuit vier dimensies: het wat, hoe, waar en wanneer van leren.
Publicaties
- Jonker, H., März, V., & Voogt, J. (2018). Teacher educators’ professional identity under construction: The transition from teaching face-to-face to a blended curriculum. Teaching and Teacher Education, 71, 120-133.
- Jonker, H. (2019). Teachers’ perceptions of the collaborative design and implementation of flexibility in a blended curriculum. University of Amsterdam, Amsterdam, Netherlands.
- Jonker, H., März, V., & Voogt, J. (2020). Curriculum flexibility in a blended curriculum. Australasian Journal of Educational Technology, 36(1), 68-84.
Het onderzoek vond plaats in de context van de technische lerarenopleidingen van Windesheim.
- Status: afgerond
- Soort onderzoek: promotieonderzoek
- Omvang: 4 jaar
- Onderzoeker: Herma Jonker
- Samenwerking: begeleidingsteam: J. Voogt, V. M März
-
Meer over dit onderzoeksthema
-
-
Meer over dit onderzoeksthema
In het dit thema staan digitale geletterdheid en e-didactiek centraal. Uit onderzoek blijkt dat het effectief inzetten van ICT-middelen, zowel op lerarenopleidingen als op scholen zelf in veel vakken nog onvoldoende plaatsvindt. Het lectoraat wil samen met leraren e-didactiek ontwerpen, onderzoekend uitproberen en doorontwikkelen.
Drie aspecten digitale geletterdheid
Bij digitale geletterdheid concentreren we ons op drie specifieke aspecten die van belang zijn in het (hoger) onderwijs:
- Omgaan met nieuwe ICT-toepassingen die relevant zijn voor leren en/of voor de toekomstige beroepspraktijk
- Computational thinking
- Kritisch en diep lezen in het digitale tijdperk
Leren omgaan met ICT-toepassingen
De studenten in het hoger onderwijs verschillen sterk in hun bereidheid en vaardigheden om te leren omgaan met nieuwe ICT-toepassingen. Voor hun eigen leerproces, maar ook voor hun toekomstige werksituatie is het van groot belang dat zij hierin vaardig en flexibel worden tijdens hun studie. Dat geldt ook voor leerlingen/studenten in andere onderwijsvormen.
E-didactisch redeneren en handelen
ICT-middelen verschillen sterk in de mate waarin zij kunnen bijdragen aan betekenisvol en duurzaam leren. Ze worden te vaak ‘didactiek-arm’ ingezet en leveren dan te weinig op voor het leerproces. Effectieve inzet van ICT-middelen vergt veel van het e-didactisch redeneren en handelen van leraren. Het is uiteraard van belang dat lerarenopleidingen hun studenten hierop voorbereiden. Generieke opleidingsmodules vormen hierop een goede voorbereiding, maar het vergt ook veel confrontaties met vakinhoudelijke didactische toepassingen binnen het vakspecifieke gedeelte van opleidingen.
-
Geletterdheid en taalontwikkeling
Gerichte, onderbouwde aandacht voor lezen en schrijven is een voorwaarde voor schoolsucces, en dus voor participatie in de samenleving. Scholen besteden veel tijd hieraan. Maar in internationaal onderzoek (PIRLS) scoort Nederland niet naar verwachting. Taal- en leesonderwijs wordt op de meeste scholen gedomineerd door methodes van educatieve uitgevers; over de werkelijke effecten van die methodes is weinig bekend. Wat is goed onderwijs in taal en lezen?
Van woordenschat tot begrijpend lezen
Binnen dit onderzoeksthema en de daaraan verbonden leerkring Geletterdheid en Schoolsucces onderzoeken we taal en lezen in alle schooltypes en op alle onderwijsniveaus. We werken daarbij samen met het lectoraat Geletterdheid van de Hogeschool Utrecht. Ook zijn we nauw betrokken bij de lerarenopleidingen voor basisonderwijs en voortgezet onderwijs en de master Educational Needs van Windesheim. Onderwerpen waar we ons mee bezighouden zijn: leesvaardigheid, woordenschatverwerving, begrijpend lezen, schrijven en spellen.
Van blogs tot de praktijk
We verbinden onderzoek met de onderwijspraktijk. Dat doen we in ons blog Geletterdheid en Schoolsucces, waarin we praktijkdilemma’s en wetenschappelijke dilemma’s bespreken, met als doel een kennisbasis te genereren en discussies en verandering in het taal- en leesonderwijs op gang te brengen. Maar we zijn ook actief binnen de onderwijspraktijk zelf, bijvoorbeeld op het vlak van begeleiding en coaching van teams.
-
Betekenisvol leren met ICT
Betekenisvol leren gebeurt door kennis te verbinden aan kennis die leerlingen al bezitten. Het is boeiend, actief, relevant en sluit aan bij de belevingswereld. Leren vindt altijd plaats in verbinding met anderen. De leeromgeving is uitnodigend en leerlingen denken in interactie actief na over inhoud, zodat kennisconstructie mogelijk is. Het veelzijdig verbinden binnen relevante mentale netwerken vergroot de bruikbaarheid in verschillende situaties en over de langere termijn.
Observeren en vertalen
Het doel van dit onderzoek is dat studenten aan de lerarenopleiding kennismaken met leertheorieën door leerlingen op de basisschool te observeren en hun observaties te vertalen naar een digital story. In een gesprek lichten zij hun digital story toe en verbinden die met de theorie. Het project leidt tot kennis over het leren van studenten, het handelen van docenten en het inzetten van ICT in het curriculum.
- Status: lopend
- Soort onderzoek: ontwerponderzoek
- Context: Lerarenopleiding Basisonderwijs
- Omvang: vanaf 2017
- Onderzoeker: Marianne Lok
- Samenwerking: Hans Drost, Andra Knetsch-Schapink
-
Vrij lezen en burgerschap in het mbo
Dit ontwerponderzoek gaat over de invoering van vrij lezen in het entree-onderwijs en opleidingen van andere niveaus in het mbo, en over de verbinding van burgerschap en Nederlands in het mbo. Het laat zien dat ook studenten in de laagste mbo-niveaus met (meer) plezier kunnen lezen, wanneer wordt geïnvesteerd in een leesroutine, in tijd voor lezen en in een aantrekkelijk boekenaanbod. Daarnaast wordt duidelijk dat mbo-studenten meer intrinsiek gemotiveerd raken voor het vak Nederlands wanneer gewerkt wordt met betekenisvolle (burgerschaps)contexten.
Publicaties
- Van Koeven, E. (2019). Stilte, wij lezen hier. Amsterdam: Stichting Lezen.
- Van Koeven, E. (2019). Lezen en burgerschap. Praktische tips voor leraren in po en vo. Kwestie van Lezen 16.
- Van Koeven, E. & Smits, A. (2019). Een website voor een geïntegreerde aanpak van burgerschap en Nederlands in het mbo. Mottart, A. & VanHoorn, S. (red.) 33ste HSN conferentie Onderwijs Nederlands. Gent, 2019. 128-130.
- Van Koeven, E. (2018). De Weddenschap MBO. Amsterdam: Stichting Lezen.
- Van Koeven, E. (2018). Lezen in een rijke (burgerschaps)context in het mbo. Van twaalf tot achttien (3), 26-28.
- Van Koeven, E. (2017). Contextgericht taal- en leesonderwijs gecombineerd met burgerschapsvorming. Een pilot. A. Mottart & S. Vanhooren (red.). 31ste conferentie onderwijs Nederlands. Gent: Skribis.
- Van Koeven, E. (2018). Lezen en schrijven in het middelbaar beroepsonderwijs. Mbo-docenten Nederlands denken na over betekenisvol, contextgericht, rijk taalonderwijs. A. Mottart, S. Vanhooren (red.). 32ste HSN-conferentie. Gent: Skribis.
- Van Koeven, E., Renssen, F. van & Smits, A. (2018). Ik kom hier om een beroep te leren, niet om te lezen… Over lezen in het vmbo en mbo. Remediaal 18 (3/4), 25-30.
- Van Koeven, E, Kootstra, G.J., De Groot, A., Schaafsma, F. (2018). Mbo-docenten Nederlands over hun vak. Platform voor Praktijkontwikkeling.
- Koeven, E. van, Schaafsma, F. (2017). Levensverhalen van studenten. PIP-magazine 23(99), 22-30.
- Koeven, E. van (2015). Je vak moet je doen, niet lezen. Vrij lezen in het entree-onderwijs. Amsterdam: Stichting Lezen.
- Smits, A. & E. van Koeven (vanaf 2012). Geletterdheidenschoolsucces.blogspot.com (blog)
Het onderzoek vond plaats in de context van het ROC Deltion College.
- Status: lopend
- Soort onderzoek: ontwerponderzoek
- Omvang: vanaf 2015
- Onderzoeker: Erna van Koeven
- Samenwerking: Stichting Lezen
-
Een leergemeenschap Onderwijs in leesbegrip
Onderzoek naar de ontwikkeling van een onderbouwde aanpak voor onderwijs in leesbegrip en digitale geletterdheid in een leergemeenschap met leraren van tien basisscholen. Doordat de leraren in de praktijk interventies uitproberen en deze tijdens de bijeenkomsten van de leergemeenschap delen met deelnemers, werken zij samen aan een werkbare aanpak voor leesbegrip. Het doel is dat de leraren vervolgens zelf hun team kunnen scholen.
Publicaties
- Smits, A. & van Koeven, E. (2019). Focus op begrip: de ontwikkeling van een methodiek voor begrijpend lezen. Mottart, A. & VanHoorn, S. (red.) 33ste HSN conferentie Onderwijs Nederlands. Gent, 2019. 21-26.
- Smits, A. & E. van Koeven (2012 - heden). Geletterdheidenschoolsucces.blogspot.com (blog)
Het onderzoek vond plaats in de context van het basisonderwijs.
- Status: lopend
- Soort onderzoek: ontwerponderzoek
- Omvang: vanaf 2017
- Onderzoekers: Anneke Smits, Erna van Koeven
-
Spellet, Spellinginterventie zonder regels
Onderzoek naar een spellingmethodiek voor spellingzwakke leerlingen waarin geen regels gebruikt worden, aangesloten wordt bij de werking van het (spelling)geheugen en met aandacht voor transfer naar het spontaan schrijven.
Onderzoeksvraag
Onze centrale onderzoeksvraag luidde: Wat is een bruikbaar en effectief ontwerp voor een spellinginterventie die gebruikt kan worden in een groep(je) kinderen met een laag spellingniveau?
In de eerste fase ontwierpen we de spellinginterventie op basis van literatuurstudie en contextanalyse. In een try-out voerden Quadraat-medewerkers de interventie uit op twee basisscholen met vier spellinggroepjes (in totaal dertien leerlingen). Op basis van de evaluatie stelden we de interventie bij. Daarna volgde een interventieperiode met de bijgestelde interventie op drie basisscholen met zes spellinggroepjes (in totaal achttien leerlingen).
Publicatie
Smits, A. & Scheeren, A (2017). Leren spellen met Spellet. Op: PlatformPraktijkontwikkeling.nl. Utrecht: WOSO.
- Status: afgerond
- Soort onderzoek: ontwerpgericht onderzoek
- Context: basisschool
- Omvang: 2 jaar
- Onderzoekers: Anneke Smits, Elly Scheeren
- Samenwerking: Orthopedagogen-maatschap Kwadraat, Leiden
-
Gebruik van multimedia-opdrachten in het literatuuronderwijs
Onderzoek naar hoe multimedia-opdrachten zinvol en effectief geïntegreerd kunnen worden in het literatuuronderwijs in lerarenopleidingen en voortgezet onderwijs. Doel: het ontwerpen van multimedia-opdrachten voor literatuuronderwijs, met bijbehorende e-didactiek. We beoogden daarmee groei in leesmotivatie en in TPACK bij de studenten.
Twee fasen
Het onderzoek vond plaats in twee fasen, jaar 1 en 2, met aanpassingen op basis van onze bevindingen. Dit betrof met name het voorkomen van cognitieve overload in studenten die niet handig waren met ICT. In het tweede jaar werd in de les gewerkt aan de opdrachten zodat ‘just in time’ technische ondersteuning kon plaatsvinden. Verder werden studenten in het tweede jaar ondersteund met door de docenten geproduceerde ‘worked examples’ van de opdrachten.
Resultaten
Het gebruik van de multimedia-opdrachten tijdens het literatuuronderwijs in de lerarenopleiding leidde tot een positieve ontwikkeling in de TPACK van de studenten (zelfrapportage). Ook hadden veel studenten uiteindelijk overwegend een positieve attitude ten opzichte van het gebruik van ICT in hun toekomstige eigen onderwijs voor vmbo of mbo. Voor sommige studenten was ICT (met name in jaar 1) een technische barrière die de aandacht afleidde van literatuur. Dit werd veroorzaakt door onvoldoende handigheid met ICT die leidde tot ineffectieve externe cognitieve belasting.
Voor de studenten die ICT niet als barrière beschouwden, hadden de multimedia-opdrachten vaak een positieve invloed op het lees-engagement, omdat dit type opdrachten diep lezen nodig maakte en ook faciliteerde. Zij gaven aan dat de opdrachten boeken ‘tot leven brachten’, en dat juist de uitdaging van het vertalen van boeken naar een ander medium (transmediatie) leidde tot meer begrip en een diepere beleving.
Publicaties
- Smits, A., Bruijn, R., van Renssen, F., la Roi, H. & Voogt, J. (2016). Literatuuronderwijs met multimediale blogopdrachten: ontwerponderzoek in een multidisciplinair team. Paper gepresenteerd op de VELON conferentie, Brussel, 4-5 februari 2016.
- Smits, A., Bruijn, R., van Renssen, F., la Roi, H. & Voogt, J. (2016). Teaching literature with multimedia blogs: designing for TPACK in a team of teacher educators. Paper presented at SITE 2016, Savannah, Georgia, 4-5 februari 2015. 21-25 March 2016.
- Renssen, F. van, Vellekoop, H., & Smits, A. (2016). Ict is zeg maar (niet) echt mijn ding. Met multimediablogs naar betekenisvol literatuuronderwijs. In A. Mottart & S. Vanhooren (Eds.), 30ste Conferentie Onderwijs Nederlands. Gent: Skribis.
- Smits, A., Bruijn, R., la Roi, H., van Renssen, F., Vellekoop, H., & Voogt, J. (2016). Fostering both literary and TPACK competencies in language teacher education. Paper presented at EAPRIL 2016, Porto, 22-25 November 2016.
- Voogt, J., McKenney, S., Trimbos, B., Fasoglio, D., Fisser, P., Strijker, A., Tai, S.J.D., Smits, A., Bruijn, R., la Roi, H., van Renssen, F. & Crawford-Schmidt, D. (2016). TPACK in language teaching: Implications for teacher education. In G. Chamblee & L. Langub (Eds.), Proceedings of Society for Information Technology & Teacher Education International Conference 2016 (pp. 3121-3125). Chesapeake, VA: Association for the Advancement of Computing in Education (AACE).
- Smits, A., Bruijn, R., la Roi, H., van Renssen, F., Vellekoop, H., & van Velze, L. (2017). Teaching (future) teachers essential technology use. Paper presented at SITE 2017, Austin, TX, 6-9 March 2017.
- Smits, A., Voogt, J., Bruijn, R., la Roi, H., van Renssen, F. Vellekoop, H. (2017). Met multimediale opdrachten naar motiverend literatuuronderwijs. Paper gepresenteerd op de Onderwijs Research Dagen, 28-30 juni. Antwerpen.
Het onderzoek vond plaats in de context van de Lerarenopleiding Engels en Nederlands.
- Status: afgerond
- Soort onderzoek: ontwerpgericht onderzoek binnen Windesheim
- Omvang: 2 jaar
- Onderzoekers: Anneke Smits, Roland Bruijn, Floor van Renssen, Henk la Roi, Joke Voogt
- Samenwerking: Heleen Vellekoop
-
Meer over dit onderzoeksthema
-
-
Meer over dit onderzoeksthema
In onze visie op onderwijs is een van de kernprincipes: complexe praktijkvragen zijn leidend. In het hbo creëren leraren daarom leersituaties waarin studenten leren omgaan met verschillende perspectieven, met risico’s en onzekerheid, met onvoorspelbaarheid en dynamiek, het uitstellen van een oordeel, en het samenwerken over de grenzen van hun beroep.
Omgaan met complexe vraagstukken
Daarom onderzoeken we wat de ontwerpkenmerken zijn voor complexe authentieke praktijksituaties. Wat betekent het omgaan met complexe vraagstukken voor de relatie met het werkveld en voor de rol van leraren? We kijken ook naar studenten zelf. Wat is er nodig om te denken en handelen in complexe situaties? En hoe ondersteunen we hen in het ontwikkelen van hun identiteit en in het leren samenleven met anderen – en hun leraren in het begeleiden daarvan?
Verhalen in het onderwijs
We doen dat door onderzoek naar het gebruik van verhalen in het onderwijs. Want verhalen kunnen houvast geven bij het functioneren in een complexe samenleving. Ze bieden de veiligheid om anderen te ontmoeten, om je wereld te verbreden en om je verbeeldingskracht te ontwikkelen. En om verbinding te leggen tussen je eigen wereld en die van anderen. Door emotionele betrokkenheid bij verhalen en door inleving leer je jezelf en anderen kennen.
Inclusief (leren) denken
Het in gesprek gaan over levensverhalen zien we als een krachtige methodiek om inclusief te (leren) denken. Luisteren naar iemand anders en diens verhaal verbeelden, dwingt tot reflectie, op een manier waarbij verschillende zintuigen, emoties en ervaringen betrokken worden. Creatief en kritisch denken zijn, net als inlevingsvermogen, noodzakelijk.
-
Culturele diversiteit zichtbaar maken door levensverhalen
Dit onderzoek is gericht op het zichtbaar maken van culturele diversiteit op Windesheim door middel van verhalen. Narrativiteit is van belang om de eigen identiteit te leren kennen (López-Bech, Zúniga 2017). Persoonlijke (digitale) verhalen zorgen voor meer inclusie, leiden tot een kwalitatief betere samenwerking, en tot meer begrip en een zich geaccepteerd voelen. In dit project leggen studenten op het gebied van bewegen en educatie en business, media en recht contact met medestudenten om hun levensverhalen te verbeelden. De studenten worden begeleid door hun docenten. Niet alleen het 'product' (de levensverhalen) staat centraal, ook de ervaringen van de studenten.
Van vlogs tot digital stories
De levensverhalen worden zo vormgegeven dat ze op verschillende manieren (op papier, in vlogs of met digital stories) verspreid kunnen worden. De levensverhalen vormen vervolgens materiaal voor gesprekken over inclusiviteit binnen hogeschool Windesheim, tussen studenten én docenten. Ze zullen worden ingezet in het onderwijs, bij open dagen, tijdens voorlichtingsactiviteiten en bij levensbeschouwelijke activiteiten in de hogeschool.
Studenten in the lead
Studenten zijn tijdens het project ‘in the lead’. Zij zoeken de verhalen, geven deze verhalen vorm en brengen alle verhalen voor het voetlicht. Ook gebruiken zij de verhalen om een diversiteitstraining te maken voor docenten. We doen onderzoek naar het proces van de totstandkoming van de levensverhalen.
- Status: lopend
- Soort onderzoek: kwalitatief
- Context: hogeschool Windesheim
- Omvang: 2 jaar
- Onderzoekers: Floor van Renssen, Gertjan Aalders
- Samenwerking: Students4Students, ECHO, Anneke Postma, Erna van Koeven
-
Boundary crossing bij het aanpakken van wicked vraagstukken
We vinden het belangrijk dat leerlingen/studenten tijdens hun studie leren omgaan met diverse kenmerken van complexe maatschappelijke vraagstukken: onzekerheid, dynamiek, complexiteit, betrokkenheid van een diverse groep stakeholders met soms conflicterende belangen. Boundary crossing skills spelen hierbij een belangrijke rol. Er is nog weinig bekend over wat de effectieve leermechanismen zijn en hoe dat leermechanismen kunnen worden in een hbo-curriculum.
Onderzoeksdoel
Het doel is om ontwerpkennis in de vorm van ontwerpprincipes te genereren voor het ontwerp en de implementatie van onderwijs. Onderwijs dat tot doel heeft om de ontwikkeling van de boundary crossing skills van leerlingen/studenten te bevorderen in interdisciplinaire en multistakeholder-contexten, bij het aanpakken van wicked vraagstukken.
Het project bestaat uit vier deelstudies
- Een internationale multiple-case-studie van zes bestaande veelbelovende praktijken die een reeks heuristieken heeft opgeleverd, die in vervolgstudies aangescherpt en uitgewerkt kunnen worden (Veltman, Van Keulen & Voogt, 2019).
- Wicked vraagstukken en het proces van probleemoplossen: een multiple-case-studie van zes nieuwe of herontwikkelde praktijken waarin wordt onderzocht hoe de wicked vraagstukken waar leerlingen/studenten aan werken, en het proces van werken aan deze vraagstukken, kunnen dienen als vehikel voor het leren en het ontwikkelen van boundary crossing skills.
- Boundary crossing leermechanismen: een multiple-case-studie van zes nieuwe of herontwikkelde praktijken waarin wordt onderzocht welke eigenschappen van een onderwijsontwerp de ontwikkeling van boundary crossing leermechanismen bevorderen.
- Een kwantitatieve analyse van een self-assessment tool voor leerlingen/studenten. Hierin werken leerlingen/studenten van zes hbo-programma’s aan wicked vraagstukken en worden zij op hun boundary crossing skills en innovatiecompetenties beoordeeld.
Publicaties
- M. E. Veltman, J. Van Keulen & J. M. Voogt (2019): Design principles for addressing wicked problems through boundary crossing in higher professional education, Journal of Education and Work, DOI: 10.1080/13639080.2019.1610165.
- Voogt, J.M., Veltman, M.E., Van Keulen, J. (2019). Kritisch denken als een 21ste-eeuwse vaardigheid: veelbelovende aanpakken voor de onderwijspraktijk. Pedagogische Studiën.
Het onderzoek vond plaats in de contect van de lerarenopleidingen van Windesheim.
- Status: lopend
- Soort onderzoek: promotieonderzoek
- Omvang: 4 jaar
- Onderzoeker: Marieke Veltman
- Samenwerking: Joke Voogt, Hanno van Keulen
-
Cocreatie en kansen: toekomstbestendig ondernemen
Het platform STUDIO 21CS voor onderzoek naar 21st century skills heeft als doel het werk van professionals – nu en in de toekomst – te verbeteren. Het is een ontmoetingsplek om complexe vraagstukken samen aan te pakken. Partners en oderzoekers uit de beroepspraktijk werken tijdens werkplaatssessies intensief samen aan nieuwe benaderingen voor maatschappelijke uitdagingen. In de werkplaats Cocreatie en realisatie van kansen: toekomstbehendig ondernemen werken we samen aan een voorstel voor een ontwerpend onderzoek dat uitgevoerd wordt in creatieve Maaklabs.
Werken aan wicked problems
STUDIO 21CS kiest voor een benadering van de 21st century skills als een handvat voor nieuwe oplossingsrichtingen van complexe vraagstukken, gericht op de (toekomstige) professional. Hoe kunnen we tot toepasbare modellen komen om vanuit verschillende disciplines gezamenlijk aan ‘wicked problems’ te werken? Vanuit de gedachte dat ieder perspectief een eigen kwaliteit heeft die bij kan dragen aan een oplossingsrichting.
Creatieve werkwijzen
Complexe (wicked) vraagstukken vragen om nieuwe (originele) invalshoeken. Hiervoor onderzoeken we wat de creatieve werkwijze, zoals we die kennen uit kunst-, ontwerp- en mediatechnologiesector, te bieden heeft voor een complex mkb-vraagstuk. Dit voorstel voor een ontwerpend onderzoek bestaat uit een aantal casestudies die uitgevoerd worden in creatieve maaklabs. In deze maaklabs staat de vraagarticulatie van een complex vraagstuk centraal, namelijk het personeelstekort op de innovatieve mkb-arbeidsmarkt. In de maaklabs wordt het mkb-vraagstuk door de creatieve professionals uit de creatieve industrie voorzien van nieuwe perspectieven, nieuwe vragen en denkrichtingen.
Cocreatie-labs
Het onderzoek bevindt zich in de ontwerpfase, de vraagarticulatie komt voort uit cocreatie-labs. Het onderzoek beslaat vragen rondom de mismatch tussen afgestudeerden en de arbeidsmarkt. Het doel is het opleveren van building blocks voor het overbruggen van deze mismatch én input voor onderwijsvernieuwing met 21e-eeuwse vaardigheden.
Verder lezen
- Status: lopend
- Soort onderzoek: kwalitatief
- Context: hogeschool Windesheim
- Omvang: 1 jaar
- Onderzoeker: Marieke Veltman
- Samenwerking: SIA Kiem (de Haagse Hogeschool, HKU, Hogeschool Rotterdam, SETUP, De Waag Society, V2_unstable media, ECBO, Click.nl
-
Ontwerpen leeromgevingen voor aanpak complexe vraagstukken
Marieke Veltman voerde haar promotieonderzoek uit naar het vormgeven van leeromgevingen waarin hbo-studenten interdisciplinair samenwerken om complexe vraagstukken aan te pakken. Dit onderzoek heeft geleid tot een reeks ontwerpprincipes voor het ontwerpen van dergelijke leeromgevingen.
Dit ontwerpgericht onderzoek heeft twee doelen:
- Het testen en valideren van ontwerpprincipes en
- Het ontwikkelen van een praktische bruikbare aanpak (handreiking) voor het ontwerpen van leeromgevingen waarin hbo-studenten interdisciplinair samenwerken om complexe vraagstukken aan te pakken
Duurzame innovatie
Het onderzoek betreft zowel de ontwerpfase als de implementatiefase (ervaringen van docenten en studenten). Door het betrekken van docent-onderzoekers van de betrokken opleidingen beoogt dit onderzoek daarnaast een steentje bij te dragen aan duurzame onderwijsinnovatie van de eigen onderwijspraktijk.
- Status: lopend
- Soort onderzoek: ontwerponderzoek (kwalitatief)
- Context: hogeschool Windesheim
- Omvang: 2 jaar
- Onderzoekers: Marieke Veltman, Inge Bekhuis, Johan Bakker
- Samenwerking: Projectgroep Cross Over
-
Meer over dit onderzoeksthema
Wij delen graag kennis: lees al onze publicaties
Onze lector en de onderzoekers van het lectoraat Onderwijsinnovatie en ICT publiceren met regelmaat over hun onderzoek. Hun publicaties zijn van grote waarde voor de maatschappelijke en economische ontwikkeling van Nederland. De publicaties worden met regelmaat gepubliceerd op basis van open access. Zo garanderen wij vrije toegang tot alle resultaten van en handvatten uit ons praktijkgericht onderzoek, zodat ook jij die informatie kunt (her)gebruiken.
Verhalen in een diverse wereld
Onderzoek vanuit het lectoraat naar de wijze waarop het schrijven van levensverhalen bijdraagt aan een nadere invulling van de begrippen ‘diversiteit’ en ‘inclusiviteit’ binnen hogeschool Windesheim. (Van Renssen & Aalders, 2020)
Publicaties lector Anneke Smits
Ben je benieuwd naar de publicaties van onze lector Anneke Smits? Deze zijn te vinden via de research database op ResearchGate.
Onderwijsinnovatie en ICT voor leren
In haar lectorale rede gaat Anneke Smits in op het thema leren en biedt zij perspectieven op de vraag waarom onderwijsinnovatie juist nu nodig is. (Smits, 2020)
Meer weten?
Wat kunnen onze onderzoekers voor jou betekenen? Onderzoek dit samen met ons! Neem contact op met Anneke Smits.
Blog Geletterdheid en Schoolsucces Blog Onderwijsinnovatie en ICT