Naar cookie instellingen Hoofdinhoud Hoofdnavigatie

Kinderen gaan met meer plezier naar school als het bewegingsonderwijs goed is

Banner image

Meer weten over onze post-hbo vakbekwaam bewegingsdocent?

Home(opent in nieuw tabblad) / Calo Windesheim(opent in nieuw tabblad) / Kinderen gaan met meer plezier naar school als het bewegingsonderwijs goed is

Bewegingsonderwijs onder de loep 

“Eigenlijk is het raar geregeld met bewegingsonderwijs in Nederland: er geven veel docenten onbevoegd en zonder de juiste kennis bewegingsonderwijs. Leerlingen krijgen daardoor geen goed bewegingsonderwijs. Dat is vreemd: het is ondenkbaar dat we op gebied van rekenen maar wat zouden doen, maar in het bewegingsonderwijs gebeurt dat wel,” aldus Leon van der Veen, docent aan Hogeschool Windesheim op de Calo. Hij leidt nieuwe specialisten bewegingsonderwijs op in de post-hbo Vakbekwaamheid Bewegingsonderwijs voor het primair onderwijs. We spraken hem over de impact van minder goed bewegingsonderwijs op de nieuwe generatie en wat we er tegen kunnen doen.

De impact op de leerlingen

Uit onderzoek van de NOC*NSF (Korbee et al; 2022) blijkt dat leerlingen minder sporten. Dat heeft grote gevolgen. “Juist daarom is goed bewegingsonderwijs zo belangrijk!” zegt Leon. “Slecht bewegingsonderwijs heeft weinig invloed op kinderen die van zichzelf al veel sporten, maar een enorme impact op leerlingen die van huis uit niet genoeg bewegen.” Kinderen die niet bij een vereniging of voor zichzelf sporten, maken op school kennis met bewegen. Vanuit die lessen ontdekken kinderen wat ze leuk vinden en hoe ze hun lijf kunnen gebruiken.

“Een vakbekwaam docent houdt niet alleen rekening met de leerlijnen*, maar ook met het kind. Je hebt niet allemaal dezelfde kinderen in de klas. Sommige leerlingen zijn vaardig, anderen totaal niet. Je moet je les aanpassen aan de verschillende niveaus in een klas. Tijdens onze post-hbo geven we handvaten hoe makkelijk het niveau van een les aan te passen zodat alle leerlingen les krijgen op het niveau dat bij hen past. Het stukje wat dan meegegeven wordt, ontbreekt vaak bij onbevoegde leerkrachten of bevoegde docenten die slechts in keer in de week lesgeven: tijdsdruk resulteert in snel opgezette spellen of klassikale activiteiten waar beter leren bewegen niet meegenomen wordt. Het gevolg is dat de lessen te makkelijk zijn voor de goede sporters of te moeilijk voor de kinderen die minder aanleg voor bewegen hebben.”

Wanneer kinderen niet (goed) bewegen, is het gevolg een bewegingsachterstand die bijna niet meer in te halen is. Plezier in bewegen komt onder andere voort uit het vaardig zijn in bewegen. Op de basisschool wordt letterlijk de basis gelegd voor een leven lang met plezier bewegen. Des te belangrijker om te investeren in goede, vakbekwame docenten voor de klas! 

Positieve invloed van bewegingsonderwijs

De voordelen van goed bewegingsonderwijs, beperken zich niet tot behaalde leerdoelen. Uit onderzoek van het Mulier Instituut (Collard et al, 2014) blijkt dat er veel meer aan vastzit: “Op een basisschool is een studie gedaan met kinderen die alle dagen bewegingsonderwijs hadden. Wat bleek? De kinderen voelden zich lekkerder en gingen met veel meer plezier naar school toe.” Daarnaast worden kinderen er socialer van en is het goed voor hun zelfvertrouwen.

Dat is natuurlijk fantastisch, maar hoe zorgen we ervoor dat het niveau van het bewegingsonderwijs beter wordt? “We hebben enthousiaste leerkrachten nodig,” zegt Leon. “Bewegingsonderwijs is een specialisme. Zo moet het ook behandeld worden: docenten moeten de ruimte krijgen om zichzelf hierin te ontwikkelen. Dit betekent ook tijd: in een uurtje per week onderhoud je je kennis niet, maar raakt het steeds verder weg.

Docenten die net van onze post-hbo komen, kunnen op die manier ook meer weten dan docenten die al jaren het diploma hebben, maar het niet onderhouden. Het mooiste is een vakleerkracht of specialist bewegingsonderwijs die zich volledig richt op bewegingsonderwijs en structureel werkt met een jaarplanning en de doorlopende leerlijnen. Kan dat niet? Kijk dan of het mogelijk is om met meerdere docenten de bewegingslessen uit te werken. Zo profiteer je van elkaar en houd je elkaar scherp. Zo hebben de kinderen leukere lessen en kwalitatief goed bewegingsonderwijs.”


*Leerlijn: doelen per jaar opgesteld binnen het onderwijs. Leerlijnen zijn bedoeld  om te helpen met het plannen van doelen en leerinhoud én bij het registreren van de ontwikkeling van leerlingen.
 

Bronnen:

Collard, D. et al (2014). "Effecten van sport en bewegen op de basisschool: Voorstudie naar de relatie tussen sport en bewegen op school en schoolprestaties, Mulier Instituut. Bezocht via: https://www.kennisbanksportenbewegen.nl/?file=3678&m=1422883370&action=file.download 

Korbee, S.; Bosch, J. & de Kort, S. (2022). “Onderzoeksrapportage Zo Sport Nederland”, NOC*NS. Bezocht via https://nocnsf.nl/media/1392/zo-sport-nederland_nocnsf-sportonderzoek.pdf