Inspiratiesessie Bedrijfsopvolging: ‘roots’ & ‘wings’ voor de volgende generatie
Je bent ondernemer en ziet graag dat je kinderen -op een dag- verder gaan in het bedrijf? Kom dan naar deze sessie waar de wetenschap de praktijk ontmoet!
“Praat over het bedrijf, zónder het te hebben over later”
Bedrijfsopvolging. Een onderwerp waar veel bedrijfsfamilies mee worstelen. Zonder dat je het misschien bedoelt of zelfs merkt, beïnvloed je je kinderen in hun keuze. Dr. Mira Bloemen-Bekx deed hier onderzoek naar. “Beinvloeden gebeurt sowieso, het is vooral zaak om je er bewust van te zijn dát het gebeurt”. Op 5 februari is er een inspiratiesessie over haar proefschrift waarin dit onderwerp centraal staat, voor iedereen die hiermee te maken heeft. In aanloop gaan we alvast in gesprek met Mira over haar onderzoek.
Je noemt beïnvloeding, hoe bedoel je dat?
Mira Bloemen: “Als je de intentie hebt dat je kind(eren) later het familiebedrijf overnemen, dan is er altijd sprake van beïnvloeding. Of je dat nu wilt of niet, dat is er gewoon. Je wilt je kinderen stimuleren, maar hen ook de vrijheid geven om hun eigen pad te kiezen. We merken dat veel bedrijfsfamilies daarmee worstelen. Het is dus zaak dat je je van deze beïnvloeding bewust bent, zodat je er op een zorgvuldige manier mee om kunt gaan. Met de uitkomsten van dit onderzoek geven we bedrijfsfamilies daar handvatten voor.”
Je hebt het over de vroege fase, wat bedoel je daarmee?
Mira: “Mijn onderzoek gaat over de periode van 10 tot 20 jaar voordat een bedrijfsopvolging écht plaatsvindt. De ouders zijn dan nog volop bezig met hun carrière, de kinderen zijn zo tussen de 16 en 24 jaar. Ze zijn nog niet aan het werk, maar natuurlijk al wel in voorbereiding. Zowel ouders als kinderen zijn dan nog niet echt bezig met opvolging.”
Hoe komen kinderen tot die beslissing?
“Daarvoor moeten we eerst terug naar de basis. Uit de bestaande literatuur blijkt dat kinderen vanuit verschillende motieven beslissen om het stokje over te nemen. Ten eerste gemak: het bedrijf en de kansen liggen er, dus waarom niet? Een tweede motivatie is vanuit financieel oogpunt. Een ander punt is dat kinderen zich verplicht kunnen voelen. En als laatste vanuit emotionele betrokkenheid. Die laatste blijkt vanuit de literatuur de meest succesvolle te zijn. Omdat het kind zich met het bedrijf identificeert, maar daarnaast zelf ook voldoende carrièrekansen ziet die met zijn of haar eigen interesses overeenkomen. Een positieve match.”
Maar hoe ontstaat emotionele betrokkenheid?
Mira: “Emotionele betrokkenheid is dus het beste uitgangspunt voor bedrijfsopvolging. Als je opvolgers emotioneel betrokken zijn, is de kans op een succesvolle opvolging groter. Mijn onderzoek heeft twee belangrijke bijdrages: een ten aanzien van het proces en de ander heeft betrekking op de manier waarop. Ten eerste het proces: in het creëren van emotionele betrokkenheid heb ik ontdekt dat er een extra fase bestaat. Een belangrijke fase waarin bedrijfsfamilies met elkaar praten over het bedrijf, zónder dat er gesproken wordt over werken in het bedrijf. Een voorbeeld: in veel bedrijfsfamilies wordt de volgende generatie eigenaar van het bedrijf door vererving van de aandelen. Een manier om deze fase in te vullen is bijvoorbeeld met een next generation-programma waarin de volgende generatie bij elkaar wordt gebracht om het bedrijf en elkaar beter te leren kennen. Op deze manier scheid je eigenaarschap van management. Zo kunnen kinderen enerzijds voldoende wortelen in het familiebedrijf, maar krijgen ze tegelijkertijd ook de ruimte om hun vleugels uit te slaan en hun eigen interesses en talenten te ontwikkelen. Je hebt het dan regelmatig over het bedrijf, zónder het over verwachtingen of de toekomst te hebben.
En de manier waarop?
“Dat is de tweede bijdrage van mijn onderzoek. Vanuit de bestaande literatuur wordt gesteld dat een succesvol opvolgingsproces een gepland proces is. Maar ik stel juist dat in de vroege fases de informele processen in een gezin belangrijk zijn. Families gebruiken ‘informele mechanismes’ om emotionele betrokkenheid te creëren. Die mechanismes bestaan uit twee soorten: interactie en symbolen. Met interactie bedoel ik de woorden, zinnen en termen die ouders gebruiken in gesprekken met hun kinderen. Veelal zijn de woorden positief. Met respect voor elkaars kwaliteiten ook al zijn ze verschillend. Een voorbeeldrol geven, in harmonie samenwerken en succesvol zijn, daarmee schets je een aantrekkelijk beeld. Met symbolen bedoel ik de dagelijkse objecten die voor verbinding zorgen: bijvoorbeeld familieportretten, het huis waar de familie woont of vergadert, foto’s van de zaak en corporate films. Dat verbindt. Elke fase kent zo zijn eigen mechanismes”
Tot slot?
“Als je dus de intentie hebt om je bedrijf door te geven aan je kind(eren), is het belangrijk om ze roots en wings te geven. De wortels en de vleugels. Beïnvloeding is er altijd. En als je je daar bewust van bent, kun je dat op een zuivere en goede manier doen. In dat gesprek!”
Meer horen over dit onderwerp?
Het onderzoek Nurturing offspring’s affective commitment through informal family
governance mechanisms van Mira Bloemen-Bekx lezen? Klik HIER(opent in nieuw tabblad) om een mail te sturen.