Naar cookie instellingen Hoofdinhoud Hoofdnavigatie

Promotieonderzoek inclusie in het bewegingsonderwijs: “Vat onderwijs niet op als iets dat te voorspellen is”

  • 16 mei 2022
Banner image
  1. Home(opent in nieuw tabblad) /
  2. Nieuws(opent in nieuw tabblad) /
  3. Promotieonderzoek naar inclusie in bewegingsonderwijs

Corina van Doodewaard werkt al 31 jaar bij de Calo van Windesheim. Hier richt zij zich op sociale pedagogiek én is als hogeschoolhoofddocent een boegbeeld van de bachelor- en masteropleidingen op het gebied van lichamelijke opvoeding en sportpedagogiek. Deze jarenlange ervaring als lerarenopleider in het bewegingsonderwijs culmineert nu in een promotieonderzoek dat zij als researcher vanuit het lectoraat Bewegen, School en Sport opstartte. Op 20 mei promoveert ze aan de Universiteit Utrecht op haar proefschrift Paradoxes of inclusive teaching practices and the beautiful between. Volgens haar kan inclusief bewegingsonderwijs paradoxalerwijze juist bijdragen aan uitsluiting.

Docenten bewegingsonderwijs in het voortgezet onderwijs doen elke dag opnieuw hun best om zo inclusief mogelijk les te geven. Zij laten zich daarbij leiden door wat er volgens hen hoort of van hen verwacht wordt als professionals. Die verwachtingen spelen een belangrijk rol in de manier waarop zij bijvoorbeeld groepjes maken, activiteiten kiezen of reageren op het gedrag van leerlingen.

Betekent bij de les betrekken óók voldoen aan (vak)verwachtingen?
Corina laat in haar proefschrift zien dat de pogingen van docenten om leerlingen bij de les te betrekken, tegelijkertijd bijdragen aan een sociale ongelijkheid tussen leerlingen. Leerlingen die voldoen aan wat docenten passend vinden, bijvoorbeeld ten aanzien van hun deelname, prestaties, lichaamsnormen en/of gedrag, worden gecategoriseerd als normaal. Alle leerlingen die daar niet aan voldoen, worden geobjectiveerd en geclassificeerd als ‘anders’. Zo draagt inclusie paradoxaal genoeg tegelijkertijd bij aan uitsluiting.

Inclusie = aan de norm voldoen?
Corina’s onderzoek legt enkele van deze paradoxen in onderwijspraktijken bloot, waarbij inclusie door docenten werd opgevat als ‘vanzelfsprekend’ voor leerlingen die voldoen aan de norm. De leerlingen die niet voldeden aan die norm werden impliciet dikwijls zelf verantwoordelijk gemaakt voor hun inclusie. Dat betekende bijvoorbeeld dat van hen eigenlijk werd verwacht dat zij zich (meer) actief, gemotiveerd, vaardig, enthousiast, slank, gezond, weerbaar, wit, jongensachtig, en gehoorzaam zouden gedragen.

Verschillen vieren, niet overwinnen
In haar proefschrift voor de Universiteit Utrecht pleit Corina ervoor om te stoppen met het zoeken naar mogelijkheden om verschillen te overwinnen, om zo niet langer gevangen te blijven zitten in inclusieparadoxen. En zij pleit ervoor om onderwijs op te vatten als een gebeurtenis die vooraf niet te voorspellen valt. Dat geeft meer ruimte voor docenten en leerlingen om vanuit een diepgewortelde behoefte aan medemenselijkheid onderwijs te creëren waarin vooral de interactie centraal staat. Deze zienswijze biedt de mogelijkheid om de ambiguïteit en onvoorspelbaarheid van onderwijs te omarmen en professionele dilemma’s die zich daarbij voordoen te koesteren als mogelijkheden.

poster Corina van Doodewaard

Een promotieonderzoek in ‘Calo-stijl’
“Bewegingsonderwijs vanuit een relationele visie is kenmerkend voor de Calo en daar sluit mijn onderzoek op aan”, zo licht Corina de keuze voor het onderwerp toe. “Juist het uitgangspunt dat onderwijs tot stand komt tussen mensen en dat de inbreng van de een, die van de ander mogelijk maakt, is in bewegingsonderwijs zo cruciaal. Ik vind het daarbij belangrijk dat docenten uitgedaagd worden om hun aannames constant opnieuw te bevragen – en dat ze alert zijn op hoe goedbedoelde praktijken bij kunnen dragen aan in- en uitsluiting tegelijkertijd. Op de Calo is het uitgangspunt van onze opleidingen dan ook dat je als student steeds opnieuw een goede les probeert te ontwerpen door samen met de leerlingen op zoek te gaan naar bewegingsuitdagingen die betekenisvol en plezierig zijn voor iedereen.”

Corina is als hogeschoolhoofddocent én onderzoeker verbonden aan de Calo van Windesheim. Haar promotie voerde zij uit vanuit het lectoraat Bewegen, School en Sport van de Calo én als promovenda aan het departement Bestuurs- en Organisatiewetenschap van de Universiteit Utrecht. Windesheimlector Ivo van Hilvoorde treedt op als copromotor.

Hier een eerder interview met Corina

Delen via:

Vragen over dit nieuwsbericht?

Stel ze aan de Newsroom via newsroom@windesheim.nl(opent in nieuw tabblad)

Laatste nieuws

Teaser image

Ondernemer helpt IPO-studenten met zijn spuitgietmachine

5 december 2024
Teaser image

‘Het verhaal van Benafsha is een mooie testcase voor onze hogeschool’

5 december 2024
Teaser image

Prijs voor onderzoek naar alarmvermindering op de NICU

3 december 2024
Teaser image

Duurzaam hergebruik van moeilijk te recyclen kunststof

2 december 2024
Teaser image

Hoe je generatieve AI slim inzet: drie do’s en drie don’ts

2 december 2024