Grote zorgorganisaties omarmen inzet ervaringsdeskundigheid van zorgprofessionals
Vijf grote zorgorganisaties erkennen het belang van ervaringsdeskundigheid in de zorg en tekenden een intentieverklaring voor verdere samenwerking hierin.
In zorg en welzijn zijn veel ervaringsdeskundigen werkzaam. Nieuw is dat ook zorgprofessionals – de psycholoog, verpleegkundige, sociaal werker en psychiater – zich kunnen specialiseren als zorgprofessional met ervaringsdeskundigheid. Vrijdag werden bij hogeschool Windesheim de resultaten van verschillende pilots gepresenteerd.
Actieonderzoek
De afgelopen twee jaar deed het lectoraat GGZ en Samenleving van hogeschool Windesheim samen met Hogeschool Utrecht en VU Medisch Centrum onderzoek naar de inzet van ervaringsdeskundigheid bij reguliere medewerkers van vijf grote zorgorganisaties in Drenthe, Gelderland en Overijssel: Dimence, GG-Net, MEE Veluwe IJsseloevers, RIBW-GO en Trajectum. Afgelopen vrijdag werden de resultaten van dit actieonderzoek gepresenteerd tijdens een symposium op Windesheim. Er waren ongeveer 350 deelnemers aanwezig. De vijf zorgorganisaties spraken af om door te gaan met het bevorderen van de inzet van ervaringsdeskundigheid binnen hun organisatie. ‘Het is niet de vraag of we het gaan doen, maar hoe we het gaan doen. Het potentieel is groot’, aldus Esther van Gaalen, directeur bij GG-Net. Nieuwe organisaties werden uitgenodigd aan te haken.
Taboe op inzet ervaringskennis
Het inzetten van eigen cliëntervaringen is niet vanzelfsprekend als je werkt als verpleegkundige of psycholoog in zorg en welzijn. 'Veel professionals ontkoppelen hun ervaringskennis als ze aan het werk gaan', zegt HU-onderzoeker Simona Karbouniaris. 'Zij houden dat geheim. Het is de cultuur binnen de GGZ en binnen het welzijnswerk: je praat er niet over als je zelf te maken hebt of hebt gehad met psychische problemen. Er rust een taboe op.'
Extra bron van kennis
En dat terwijl de waardering en bijdrage voor zorgprofessionals met ervaringsdeskundigheid groot is, zo bleek tijdens het symposium. Ervaringskennis – het zelf meegemaakt hebben van ontwrichting is een noodzakelijke 'derde' bron van kennis in zorg en welzijn, náást die van wetenschappelijke en professionele kennis. Tijdens het symposium werd uitgesproken dat ervaringskennis als 'eerste bron' beschouwd zal worden door de betrokken organisaties.
Het contact is anders, zo vertelde een cliënt over haar ervaringen met een zorgprofessional die zelf ook depressief is geweest. 'Het was heel prettig om met iemand te spreken die hetzelfde heeft meegemaakt en uit eigen ervaring weet waar je naartoe kunt werken. Ze hielp mij om zelf regie te pakken. Haar boodschap: 'Je bent niet depressief, maar je hebt een depressie' zette mij op het juiste spoor. Ze was een hoopgevend model voor me.'
Leren om ervaringskennis in te zetten
Een belangrijke les uit het onderzoek naar de inzet van ervaringsdeskundigheid is, dat professionals een leertraject nodig hebben om zich tot competente ervaringsdeskundige professional te ontwikkelen. 'Een coming-out maakt je niet meteen deskundig', zegt Windesheimlector Weerman. 'Als je open bent over eigen ervaringen gebeurt er iets met jezelf en met je omgeving. Het zet een heel proces in gang. Het duurt ongeveer een jaar voor de professional heeft geleerd om zijn persoonlijke ervaringen op een deskundige manier in zijn professionele rol te benutten. Hij heeft er dan een deskundigheid bij. De organisaties hebben voor deze nieuwe deskundigheid rolbeschrijvingen gemaakt, de deskundigheid is erkend zoals alle andere deskundigheden.'