Kunstmatige intelligentie – Eng of prachtig?
Moeten we bang zijn dat robots beter worden dan mensen? Is een robot die razendsnel scans kan beoordelen een handig hulpmiddel voor een arts? Werkte het algoritme dat de Belastingdienst gebruikte in de toeslagenaffaire racisme in de hand? En wanneer komt die afwasrobot nu eindelijk?
Deze en nog meer vragen werden op 18 mei in de Kunstlinie Almere uitgebreid besproken door experts en publiek tijdens de bijeenkomst ‘Op de rand van de toekomst’. Windesheim is medeorganisator van deze bijeenkomsten. Windesheim onderzoeker Rianne van den Berghe was aanwezig met verschillende robots. Zoals een programmeerbaar robotje in de vorm van een bolletje dat gekleurde lijnen volgt. Dit is binnen het project Robowijs ontwikkeld om leerlingen met een autisme spectrum stoornis te helpen met technische en sociale vaardigheden, het project is inmiddels afgelopen. Verder was er een voorleesrobot die in meer talen kan voorlezen. Deze is van het Voorleesrobotproject waarvoor Rianne een hbo-postdocbeurs heeft gekregen.
In het ziekenhuis
Als een patiënt met een vermoedelijke beroerte wordt binnengebracht in een ziekenhuis telt elke seconde. “Time is brain”, zegt neuroloog Irene Bronner van het Flevoziekenhuis. Samen met applicatiespecialist Maaike Randsdorp legt ze uit hoe kunstmatige intelligentie artsen helpt. Er wordt een CT-scan gemaakt van de patiënt en dan moeten razendsnel meer dan 50 scans beoordeeld worden. Een zelflerend algoritme (dat dus steeds beter wordt) bekijkt de scans en geeft aan waar een bloedstolsel in de hersenen zit. De behandeling kan dan snel, doelgericht ingezet worden.
Wie is de schuldige?
Bij de toeslagenaffaire maakte de Belastingdienst gebruik van een algoritme om mogelijke fraudeurs op te sporen. Advocaat Nine Bennink speelde advocaat van de duivel en vraagt zich af of het algoritme schuldig was aan racisme. Haar conclusie: een algoritme is eigenlijk niks, het is geen persoon of rechtspersoon en dus niet juridisch aan te pakken. Een algoritme leert van de data die erin gestopt worden, waardoor ongelijkheden enorm uitvergroot kunnen worden. De gebruikte data om het algoritme te trainen zijn dus heel belangrijk. Er is nieuwe regelgeving nodig om dit goed te regelen.
Wat is het eigenlijk?
Over deze vraag boog filosoof, schrijver en sociaal wetenschapper Haroon Sheikh zich. Het antwoord is overigens niet makkelijk te geven. Zelfrijdende auto’s, zorgrobots, schaakcomputers en de algoritmes van Facebook, Google en Netflix: allemaal kunstmatige intelligentie. Deze technologie zal impact krijgen op de hele samenleving, maar we hoeven niet bang te zijn dat kunstmatige intelligentie de mensheid zal vervangen volgens Haroon. Machines kunnen veel dingen goed, maar mensen kunnen andere dingen beter. Er zal wel meer samenwerking tussen mens en machine komen, zoals in het voorbeeld van het ziekenhuis.
Op de rand van de toekomst is een samenwerkingsverband van de Gemeente Almere, Universiteit van Amsterdam, Vrije Universiteit Amsterdam, Hogeschool Windesheim, Aeres Hogeschool en Avanti Almere. In de reeks bijeenkomsten wordt een beeld geschetst van hoe de toekomst eruit zou kunnen zien. Onderwerpen als kunstmatige intelligentie, neuro-architectuur en “drugs als medicijn” worden door experts toegelicht. Er is altijd ruim de tijd om met elkaar na te praten. Zo krijgen burgers, wetenschappers, ondernemers, beleidsmakers en studenten een mogelijk kijkje in de toekomst.
De volgende bijeenkomsten zijn op 29 juni, 28 september, 30 november 2022.
Vragen over dit nieuwsbericht?
Stel ze aan de Newsroom via newsroom@windesheim.nl(opent in nieuw tabblad)