Naar cookie instellingen Hoofdinhoud Hoofdnavigatie

'Iemand uit de praktijk neemt vaker de binnenbocht’

  • 1 juli 2021
Banner image
  1. Home(opent in nieuw tabblad) /
  2. Nieuws(opent in nieuw tabblad) /
  3. Iemand uit de praktijk neemt vaker de binnenbocht

Er zijn te weinig techniekdocenten in het mbo. Die situatie biedt kansen voor mensen met technische vakkennis die het leuk vinden hun kennis te delen, zonder lesbevoegdheid. Marco Luttenberg is techniekdocent in het mbo. Hij is blij met nieuwe collega’s uit de beroepspraktijk, die via Windesheim de mogelijkheid krijgen een aantal uur per week voor de klas te staan.

Marco Luttenberg werkt als techniekdocent bij Rijn IJssel, een ROC in Gelderland. Hij volgde naast zijn werk als plaatbewerker een opleiding tot techniekdocent aan een hbo-instelling. Daarna werkte hij jaren in verschillende functies in de praktijk. Acht jaar geleden maakte hij de overstap naar het docentschap. Marco: ‘Leerlingen vragen mij weleens waarom ik ben overgestapt. Mijn antwoord: Als ik iedere dag het idee heb dat ik één van jullie verder heb geholpen op technisch of sociaal vlak, dan ben ik een blij man.'

Sprong in het diepe
Naast een fulltime baan, begon Marco Luttenberg aan het begin van zijn carrière aan de technische lerarenopleiding aan het hbo. Niet met het idee om direct na zijn studie voor de klas te staan; eerst wilde Marco vlieguren maken. 'Ik heb altijd gedacht rond mijn 45ste het onderwijs in te gaan', vertelt hij. Toen een oude studievriend hem rond zijn veertigste wees op vacatures als docent, waagde Marco de sprong in het diepe. Hij verruilde zijn baan als productie-engineer bij Klebo in Holten voor die van docent aan een ROC.

Marco Luttenberg bij een kantbank Eerst de relatie, dan de prestatie
Hoewel er meer geld te verdienen is in het bedrijfsleven, koos Marco ervoor de overstap naar het onderwijs te maken. 'Het vak geeft veel voldoening', vertelt Marco. 'Dat is voor mij de enige motivatie. Werken in het onderwijs is niet één succesverhaal, maar een verzameling van allemaal kleine verhalen. Als docent heb je ontzettend veel verantwoordelijkheid. Die moet je willen dragen en je er heel bewust van zijn. Je kunt iemand maken of breken. Door de omgang met die persoon, de richting die je geeft. Studenten nemen je in vertrouwen en vertellen je veel. Jongens die het voor de wind gaat, kan ik helpen met kennis en kunde. Jongens die het minder goed gaat, kan ik vaak helpen met mijn ervaring. Ik heb ooit een lezing gehad van iemand die zei: eerst de relatie, dan de prestatie. Dat is de spijker op zijn kop.'

Parate kennis 
In zijn eerste ervaring als docent, kwam hij erachter dat er niet zo bar veel veranderd was sinds de tijd dat hij zelf in de schoolbanken zat. Marco: 'Maar de wereld om ons heen is wel veranderd. Nu heeft iedereen een mobiel en kun je alles opzoeken, toen ging je naar de bibliotheek. Het belang van parate kennis is daarmee minder groot geworden.' Dat brengt andere uitdagingen met zich mee, ziet Marco. 'Het is moeilijker om jongeren intrinsiek te motiveren voor een opleiding. Dat kan alleen met praktijkervaring of een rijke fantasie. Vroeger volgde ik ook het vak materiaalkunde. Dat was oersaai. Ik maakte de toets, haalde een voldoende en ging verder. Ik probeer het vak nu te koppelen aan een bewerking die ze kennen. Dan gaat het leven.'

Pittig
Ondanks de liefde voor zijn vak, merkt hij ook dat het docent zijn soms zwaar kan zijn. 'Het is fysiek en mentaal een pittig vak. Je moet ogen in je achterhoofd ontwikkelen. De jongens werken met machines die gevaarlijk kunnen zijn als je er niet goed mee omgaat. En je moet een positief leerklimaat borgen, met oog voor de groepsdynamiek. Met alle vragen moet je iets doen. Die complexiteit wordt denk ik weleens onderschat.'

Ervaren en meer overwicht
Marco is positief over de ontwikkeling dat er steeds meer mensen, die werken in de praktijk, ervoor kiezen een deel van hun tijd voor de klas te gaan staan. 'Hybride docenten kunnen theorie en praktijk goed samenbrengen. Voordeel is verder dat de docenten ervaren zijn en vaak overwicht hebben, Tenzij je een natuurtalent bent, is het moeilijk om op je twintigste voor de klas te staan.'

Concrete doelstellingen
Marco heeft, anders dan de meeste hybride docenten die ervoor kiezen vier uur per week voor de klas te staan, wel een lerarenopleiding gedaan. Dat biedt eigen voordelen, vindt hij. 'Ik heb geleerd concrete doelstellingen te stellen. Wat wil ik bereiken na een les? Zo weet ik ook wanneer ik een succes boek. Ook heb ik geleerd oog te hebben voor groepsdynamiek en leerstijlen. Verder leerde ik om me altijd bewust te zijn van mijn woordkeuze.'

De binnen- en buitenbocht
Het grootste verschil tussen iemand uit de praktijk en een geschoolde docent? Marco: 'De kennis en kunde aan te laten sluiten bij de theorie uit de boekjes. Een man uit de praktijk neemt vaak de binnenbocht, terwijl de theorie vaak de buitenbocht neemt. Een voorbeeld is het berekenen van het toerental van een draaibank. Daarvoor gebruiken docenten meestal een formule waarbij je het toerental exact uitrekent. Een man uit de praktijk rekent met ‘ongeveer’, die creëert een gevoel bij het werk.' De beste methode? Marco lacht. 'Dat hangt dan weer van de leerling en de situatie af. De leerling die alles ongeveer doet, heeft er baat bij af en toe de theorie te gebruiken. De leerling die alles heel precies wil doen, heeft er baat bij wat vaker iets op gevoel te doen.'

Delen via:

Vragen over dit nieuwsbericht?

Stel ze aan de Newsroom via newsroom@windesheim.nl(opent in nieuw tabblad)

Laatste nieuws

slide 1 to 4 of 5