“Ik wil dat iedereen het beste uit zichzelf kan halen”

Home(opent in nieuw tabblad) /
Calo Windesheim(opent in nieuw tabblad) /
Eralt Boers interview

“Ik vind dat heel veel mensen heel veel dingen kunnen. Wij staan hier voor het opleiden van jonge mensen. Ik wil hen helpen het beste uit zichzelf te halen!” vertelt Eralt. Met dat idee solliciteert Eralt op de functie opleidingsmanager Ad Sport & Sportkunde. En dat doet hij met succes: hij krijgt de baan toegewezen. “Ik krijg een bredere rol binnen werkgebied Sport en daarnaast in de Calo-brede vraagstukken. Hierin trekken we samen, als één Calo, op. Dat spreekt me enorm aan: Ik heb er zin in!” Hoe ziet komend jaar eruit en welke ideeën heeft hij voor de opleidingen? Eralt neemt je mee in zijn toekomstplannen voor het werkgebied Sport!

Liefde voor bewegen

Eralts liefde voor sport en bewegen komt niet uit de lucht vallen: “Van jongs af aan wist ik dat ik iets met bewegen wilde doen, maar dat ik niet voor de klas wilde staan als leraar lichamelijke opvoeding.” Tijdens zijn studie Sport & Beleid helpt hij met het organiseren van een Zwemfestijn voor mensen het met Syndroom van Down. Als hij later doorstudeert aan de master Sociale Wetenschappen, onderzoekt hij wat drempels zijn voor 50-plussers om te gaan sporten. Langzaam ontstaat een steeds duidelijkere rode draad in Eralts carrière. “Ik wil graag aandacht vragen voor mensen voor wie sporten of bewegen niet vanzelfsprekend is. Dat de doelgroepen voor wie het extra belangrijk is, dat er op hen gelet wordt.” Tegelijkertijd is concluderen dat Eralt alleen maar focust op de doelgroepen die het minder hebben, veel te kort door de bocht: “Ik wil helpen mensen het beste uit zichzelf te laten halen. Dat geldt eigenlijk voor alle mensen. Ik vind niets mooiers dan te zien hoe iemand het maximale uit zichzelf haalt. Topsport vind ik dan ook prachtig om te zien: hoe iemand zichzelf voorbereidt, ontwikkelt, pusht en zo de grenzen verlegt.”

Hulp vragen en verder groeien

“Ik ben ervan overtuigd dat je heel veel van wat er gebeurt, zelf in de hand hebt. Ik geloof ook dat hieronder valt dat je hulp kunt vragen aan anderen. Dat is alsnog een stap die jijzelf zet om verder te groeien,” vertelt Eralt. “Dat zou ik ook aan onze studenten mee willen geven: hulp vragen is het sterkste wat je op sommige momenten kan doen.” De laatste zinnen kenmerken Eralt’s filosofie. “We leiden hier mensen op tot sportprofessionals en onze toekomstige collega’s. Ik vind het belangrijk om van alle jaarlagen op de hoogte te zijn. Zo zie je hoe iemand binnenkomt en hoe iemand aan het einde van de rit als professional de wereld in gaat. Ik gaf daarom les in alle jaren binnen Sportkunde. Ook daarna drink ik nog wel eens koffie met studenten die zijn afgestudeerd bij ons om hen verder te helpen: wanneer ze vastlopen met solliciteren bijvoorbeeld en mij vragen om mee te kijken, kijk ik graag mee in wat ik zou kunnen doen!”

Structuur binnen de opleidingen

“Binnen onze opleidingen hebben we heel veel kennis en ervaring in huis. Ik ga daarom ook niet zeggen wat ze wel of niet moeten doen: dat weten zijzelf ook, en waarschijnlijk beter. Ik wil waarde toevoegen aan ons team vanuit mijn nieuwe functie.” Die waarde zit volgens Eralt vooral in de afstemming tussen jaarlagen, modules en ‘leerlijnen’ en het samensmelten van de verschillende opleidingen. “Je ziet dat er nog vaak gesproken wordt over de Ad Sport en Sportkunde, maar we horen bij elkaar: we zijn samen werkgebied Sport. Daar wil ik op inzetten als opleidingsmanager: we kunnen nog meer met elkaar in plaats van naast elkaar doen.” Een van de manieren waarop hij dat aan wil pakken, is meer structureren binnen de verschillende opleidingen. “Ik denk dat wanneer we zorgen dat de jaarlagen meer op elkaar passen en de opleidingen beter op elkaar aansluiten, die gemeenschappelijkheid ook sneller op gang komt zodat we echt als één werkgebied samen sterk staan.”