Social Work in Zwolle (voltijd)

Als sociaal werker kom je terecht in een heel breed werkveld. We starten het eerste jaar dan ook met een brede oriëntatie op dit werkveld. Je maakt kennis met verschillende doelgroepen, leert hoe de samenleving in elkaar steekt én hoe jij mensen met een hulpvraag kunt begeleiden. Dit helpt jou om te ontdekken waar jij je vanaf het tweede jaar in wilt specialiseren: Jeugd, Zorg of Welzijn en samenleving.

Direct de praktijk in

Om het beroep goed te ontdekken, start je meteen in het eerste jaar met een praktijkstage. Je maakt kennis met een of meerdere doelgroepen en de taken van een sociaal werker. Denk aan:

• Activiteiten bedenken voor en uitvoeren met kinderen met gedragsproblemen.
• Begeleiden van jongeren met een verstandelijke beperking op een zorgboerderij.
• Taalcoaching geven aan een vluchteling.

Ook voer je op de campus in Zwolle en in de praktijk meerdere projectopdrachten (integrale beroepstaken) uit. Dit doe je samen met je medestudenten. Je doet praktijkervaring op, werkt samen en leert zo jezelf goed kennen.

Kennis en vaardigheden

In het eerste jaar wordt je kennis over hoe mensen en de maatschappij in elkaar zit(ten) bijgespijkerd. Je krijgt onder andere de vakken psychologie, pedagogiek, sociologie, recht en ethiek. Daarnaast verbeter je je gesprekstechnieken, leer je gestructureerd van een vraagstuk naar een plan van aanpak te werken, en krijg je inzicht in groepsdynamiek. Wat je leert in de trainingen en kennisvakken, pas je toe op stage en tijdens projecten.

Ontwikkel jezelf

Om een ander te begeleiden, moet je weten wie je zelf bent. Daarom staan we in de studie stil bij jouw normen en waarden, jouw handelen in de praktijk en jouw reactie op situaties waarin je met jezelf of gedrag van anderen geconfronteerd wordt. De zoektocht naar 'wie ben ik' doen we samen: je klas en docent studentbegeleiding (SB) spelen hier ook een belangrijke rol in. De docent SB spreek je regelmatig en is de eerste persoon bij wie je aanklopt bij twijfels of vragen over je profielkeuze of studievoortgang.

Gastcolleges

Op je rooster staan ook gastcolleges en workshops van sociaal werkers die bijvoorbeeld werken met jongeren met psychische problemen, in een wijkteam of die ex-gedetineerden helpen hun plek (terug) te vinden in de maatschappij.

Aan het eind van het eerste jaar van de opleiding Social Work kies je een profiel dat bij jou past. In het tweede, derde en vierde jaar van je studie staat dat profiel centraal. Je kunt bij ons kiezen uit:

Profiel Jeugd

In het profiel Jeugd leer je hoe je jeugdigen van 0 tot 23 jaar kunt ondersteunen en begeleiden in hun ontwikkeling naar volwassenheid. Je oefent om te gaan met tegenstrijdige belangen, zoals tussen het kind en de ouder. Je creëert veilige omgevingen in complexe situaties zoals bij verslaving, autisme of leven in armoede. Dit doe je samen met ouders, vrijwilligers en andere professionals. Je focust je ook op de nabije omgeving van de jeugdige. Zo begeleid je ouders bij het opvoeden of adviseer je leerkrachten over opvoedings- en ontwikkelvraagstukken. Daarnaast leer je alles over specifieke wetgeving en richtlijnen. En al die tijd ben je aan het balanceren tussen ruimte geven en grenzen stellen. Dat is waar opgroeien en opvoeden over gaat. 

Waar kun je aan de slag

Nadat jij dit profiel hebt afgerond, kun je op verschillende plekken aan de slag. Deze plaatsen zijn verdeeld over vier beroepscontexten:

1. Ondersteuning en ontplooiing: Denk hierbij bijvoorbeeld aan een consultatiebureau, een pedagogische huisartsenpost, kinderopvang, scholen, onderwijsondersteuning, asielcentra of ziekenhuizen. 
2. Preventie: Zoals in de jeugdgezondheidszorg, integrale vroeghulp thuis of schoolmaatschappelijk werk. 
3. Jeugdhulp en jeugdzorg: Je kunt bijvoorbeeld werken met behandelgroepen voor jeugd met een beperking, bij Veilig thuis (advies- en meldpunt huiselijk geweld en kindermishandeling), bij jeugdhulp thuis of in de jeugdverslavingszorg. 
4. Jeugdbescherming en jeugdreclassering: In een crisiscentrum, bij specialistische jeugdhulp, bij de Raad voor kinderbescherming, met pleeggezinnen, in een pleegzorginstelling, in de jeugdreclassering óf bij de justitiële jeugdinrichting. 

Daarnaast kun je aan slag bij een gemeente met ontwerpers en uitvoerders van lokaal jeugdbeleid óf in politieke en beleidsarena’s in instellingen, in de buurt of in een wijk, bij de gemeente of in de media. 

Profiel Welzijn en samenleving

Wil jij je inzetten voor een humane, gelijkwaardige en rechtvaardige wereld en wil je met verschillende doelgroepen aan de slag? Met het Profiel Welzijn en samenleving focus je op een grote diversiteit aan mensen en vragen: van armoede, eenzaamheid onder ouderen, verwarde personen, pesten op school en huiselijk geweld, tot polarisatie in de wijk en uitgeprocedeerde asielzoekers. Jij voert gesprekken, bedenkt ideeën en voert deze uit. Jij denkt buiten de kaders, hebt lef en bent empathisch, pragmatisch, creatief en analytisch. Na het volgen van dit profiel ben jij een meester in het verbinden van mensen en laat jij al die mensen hun eigen kracht (her)vinden. 

Waar kun je aan de slag

Jij kunt bijvoorbeeld aan de slag in een sociaal wijkteam, in de schuldhulpverlening, in een buurthuis of als straathoekwerker, in een blijf-van-mijn-lijfhuis, bij de politie, in de reclassering, als vluchtelingenwerker, in een ziekenhuis óf je kunt je eigen onderneming oprichten. 

Profiel Zorg

Ondersteun mensen met langdurige of complexe problematiek en/of richt je op mensen die afhankelijk zijn van hulp en begeleiding. Het grote verschil met andere profielen is dat je in profiel Zorg vaak in de leefsituatie van mensen werkt, in situaties die langdurige begeleiding nodig hebben. De ondersteuningsvraag van mensen komt voort uit een lichamelijke aandoening of een handicap, verstandelijke beperking of psychische kwetsbaarheid. Gevolg kan zijn dat mensen niet goed mee kunnen komen in de samenleving. Je stemt veel af met je cliënt, het netwerk en professionals uit verschillende sectoren, omdat je vaak met veel verschillende voorzieningen te maken hebt. Je focust je niet op een bepaalde leeftijdsgroep, want zorg komt in allerlei groepen en leeftijden voor. Je werkt vanuit een herstelvisie, wat inhoudt dat je ervan uitgaat dat mensen deskundige zijn van hun eigen leven en daar zelf regie over willen hebben. 

Waar kun je aan de slag

Kies jij voor dit profiel, dan kun je onder andere gaan werken in de verslavingszorg, bij de geestelijke gezondheidszorg (GGZ), in de zorg voor mensen met een verstandelijke en/of lichamelijke beperking, in een maatschappelijke opvang of in een revalidatiecentrum.  

Vanaf het tweede jaar ga je intensief aan de slag met jouw profiel en werk je verder aan jouw ontwikkeling tot sociaal werker.

Jaar 2

Op school krijg je een mix van profielvakken en algemene vakken, zoals omgaan met agressie, motiverende gespreksvoering en kritisch denken en schrijven. Ook onderwerpen als ontwikkelingspsychopathologie en ethiek & beroepsdilemma’s staan op het programma. Je gaat aan de slag met de verbindende, signalerende en coördinerende rol van de sociaal werker. Zo leer je hoe je allerlei maatschappelijke vraagstukken in kaart brengt én professioneel samenwerkt met andere professionals en vrijwilligers.

In totaal draai je 12 uur per week mee op een praktijkplek die past bij jouw profiel. Daarnaast plannen we intensieve weken in, waarin je meerdere dagen meedraait op je praktijkplek.

Jaar 3

In het gehele derde jaar werk je 4 dagen per week in een organisatie die past bij jouw profiel. Daarnaast ga je 1 dag in de week naar school, waar je lessen volgt en opdrachten maakt die passen bij je profiel, je praktijkplek en professionele ontwikkeling. Je kunt dit jaar ook starten met een keuzeprogramma, een zogenaamde minor en een half jaar later starten met je stage. 

Go international!

Wil je jouw eigen (studie)grenzen graag verleggen? Verblijf dan een periode in het buitenland. Je ontmoet mensen in een andere cultuur, maakt volop kennis met andere gewoonten, gebruiken en omgangsvormen en doet levenservaring op. Zo kun je zeer veel leren over de mensen waar je straks mee gaat werken en je leert jezelf nog beter kennen. In het derde en vierde jaar van je opleiding heb je verschillende opties om langere tijd in het buitenland te studeren of stage te lopen.

In dit studiejaar ga je afstuderen, maar eerst volg je nog een keuzeprogramma/minor. Je verdiept of verbreedt dan je kennis. Bij ons, buiten je opleiding om, bij een andere hogeschool of een periode in het buitenland. Je kunt zelf kiezen, onder meer uit thema's als children and media, psychiatrie, verslaving en samenleving, onbegrepen gedrag bij mensen met een beperking, gezinnen met meervoudige en complexe problemen, maatschappelijk juridische dienstverlening of scheiding, schulden en rechtspraak. 

Afstuderen: onderzoek in de praktijk

In het laatste halfjaar laat je zien wat je geleerd hebt. Dit doe je met je afstudeerproject. Je werkt aan je eigen praktijkonderzoek aan de hand van een doelgroep en thema naar keuze. Afhankelijk van je gekozen profiel kun je bijvoorbeeld onderzoek doen naar:

• Het leefklimaat van jongeren binnen de jeugdzorg
• De kwaliteit van leven van mensen met dementie
• Preventieprojecten voor GGZ Nederland om te voorkomen dat licht verstandelijk beperkte jongeren verslaafd raken
• Een methodiek voor het inzetten van nieuwe media in de jeugdhulpverlening
• Groepsdynamica bij kinderen in het speciaal onderwijs
• De juiste methode tegen pesten in het basisonderwijs
• Oplossingen voor armoedevraagstukken of schuldenproblemen

Begeleiding

Afstuderen doe je zelfstandig, maar je staat er zeker niet alleen voor. Je krijgt zowel feedback van je begeleidende docent als van je afstudeergroep: een kleine groep medestudenten die net als jij een onderzoek doen naar een eigen thema. Samen wissel je tips en tricks uit over onderzoek doen, denk je met elkaar mee en motiveer je elkaar. Heb jij alles afgerond? Gefeliciteerd! Dan mag je je vanaf nu een Bachelor of Social Work noemen.

In onze collegebanken doe je de kennis en vaardigheden op die je straks in de praktijk kunt inzetten. Maar daar wachten we natuurlijk niet mee tot na de opleiding. Al vanaf het begin ga je aan de slag met praktijksituaties en loop je stage. Zo koppel je de theorie aan de praktijk, werk je aan je netwerk en heb je al flink wat op je cv staan vóór je afstudeert.

Eerste jaar

In je eerste jaar loop je een dag(deel) in de week stage bij een instelling sociaal werk die je zelf kiest. Door samenwerken met cliënten en collega’s doe je veel praktijkervaring op, leer je jezelf goed kennen en ontdek je welke kant jij op wilt. Je ervaringen wissel je op school uit met medestudenten, zodat je van elkaar leert en een brede blik krijgt op het werkveld.

Tweede jaar

Dit jaar loop je 12 uur per week stage op een plek die past bij je profiel. Aan het begin en halverwege het jaar staan er intensieve weken gepland waarin je meerdere dagen meedraait op je praktijkplek.

Derde en vierde jaar

Je loopt het hele jaar stage. Je gaat dan 4 dagen per week in een instelling aan de slag die past bij je profiel. In de eerste helft van het vierde jaar volg je een minor, daarna studeer je af met een onderzoek. 

Voorbeelden van stages

Afhankelijk van jouw profiel, kun je tijdens de opleiding op diverse plekken, ook in het buitenland, stage lopen:

• In de jeugdbescherming
• Binnen een wijkteam
• Bij vluchtelingenwerk
• In de verslavingszorg
• In de psychiatrie
• Op een basisschool

Jaar 1

Stage: 1 dag in de week
Theorie: Psychologie, pedagogiek, recht, beroep sociaal werk
Integrale beroepstaken: Je verdiept je in de wereld van iemand met een andere achtergrond dan jij. Je gaat in gesprek en onderneemt samen activiteiten.
Vaardigheden: Groepsdynamica, basiscommunicatie
Begeleiding: Persoonlijke professionele ontwikkeling, studentbegeleiding

Jaar 2

Stage: 2 dagen in de week
Theorie: Ontwikkelingspsychopathologie, ethiek en beroepsdilemma's, profielvakken (jeugd, zorg of welzijn en samenleving)
Integrale beroepstaken: Oriëntatie en integraal werkplan. Je leert vaardigheden die je ondersteunen in doelgroepgerichte communicatie en methodieken.
Vaardigheden: Omgaan met agressie, signaleren en bespreken van kindermishandeling
Begeleiding: Persoonlijke professionele ontwikkeling, studentbegeleiding

Jaar 3 en 4

Je kunt zelf kiezen of je jaar drie begint met een jaarstage, of eerst met een minor (keuzeprogramma) van een halfjaar. De inhoud van de vakken, praktijkervaring en opdrachten verschillen per minor. 

Stage: 4 dagen in de week gedurende een jaar
Theorie: Onderzoeksvaardigheden
Integrale beroepstaken: Professioneel in contact en je afstudeeropdracht. Bij alle opdrachten werk je samen met en word je begeleid in leerteams van maximaal 6 studenten.
Vaardigheden: Doelgroepgerichte communicatie en methodiek
Begeleiding: Je krijgt in het vierde jaar supervisie. In een groepje van drie medestudenten en een docent leer jij van je stage-ervaringen.

Integrale beroepstaak

Een integrale beroepstaak is een grote opdracht uit de praktijk waarin meerdere vakken die je die periode krijgt samenkomen. In het eerste jaar is dat bijvoorbeeld de leefwereld van de ander, waarin jij een persoon gaat interviewen die een heel ander leven leidt dan jij. Vervolgens maak je vergelijkingen en koppel je de theorie. 

Profielvakken

Binnen de opleiding kies jij een profiel. In het tweede jaar volg je profielvakken. Voorbeelden daarvan zijn: communiceren met kinderen en ouders (profiel jeugd), groepsdynamica (profiel zorg), armoede en schuldhulpverlening (profiel welzijn en samenleving).